Assepoester; Wie de schoen past…

Op het moment van schrijven ben ik in Schotland.  We hebben inmiddels een lange weg afgelegd. Onder invloed van (nee, niet de drank), Nederlandstalige muziek toeren we verder. Al een keer of 33 dezelfde cd. De muziek staat aan voor de chauffeur, de bus is namelijk afgeladen met doven en slechthorenden en twee gebarentolken. Terwijl we vanuit een whiskey-stokerij de highlands intrekken zet de sprookejsachtige omgeving me aan het denken.

Schotland blijkt spannend en avontuurlijk. Een wonderland met veel mystieke plaatsen. Afgelegen, ruig en stil, fascinerend en inspirerend. Het is niet voor niks dat Harry Potter juist hier is bedacht en beschreven. Schotland is een wonderland, betoverend mooi alsof je je in een sprookje begeeft.

Ik ben dol op sprookjes, maar vind soms ook dat we met teveel sprookjes zijn opgevoed. Sprookjes waarin mensen lang en gelukkig leven. We voeden onze kleine kinderen op met dit soort fabeltjes, en met de moraal mogen ze hun hele leven worstelen. Ieder sprookje gaat over hoe het kwade wordt gestraft, en hoe de deugd wordt beloond. Hoe liefde met een huwelijk wordt bekroond. Klaar.  Sprookjes, het zijn net dromen. Keer op keer naverteld. Maar dromen zijn zo vaak bedrog, ze blijken maar zelden uit te komen. Robert Long bezong het al: “jouw sprookje heet je gezinnetje, of carrière. Maar alle sprookjes eindigen bij voorkeur, daar waar jij denkt dat het jouwe juist begint. En elke generatie staart zich blind, op het geluk dat achter de eigen voordeur open bloeien zal”. Wie de schoen past, trekke hem aan….

Vanavond, zaterdagavond, is er in De Nieuwe Doelen in Gorinchem een voorstelling over Assepoester. Ik had er graag van meegenoten, maar moet t nu helaas doen met (voor de 34 ste keer) dezelfde weemoedige stem uit de luidsprekers van de bus. Ik wou dat zij, in plaats van Assepoester, haar muiltje kon houden.